Uitzonderingen op de Wet Vaste Huurcontracten

De afschaffing van tijdelijke huurcontracten zal ongetwijfeld een aanzienlijke impact hebben op zowel huurders als verhuurders. Het is cruciaal dat er een balans wordt gevonden tussen het waarborgen van de rechten van huurders en het handhaven van een zekere mate van flexibiliteit voor verhuurders. De uitzonderingen waarin tijdelijke huurcontracten nog wél mogelijk zijn zetten we hieronder op een rijtje:

  • Een genoemd voorbeeld is een ‘campuscontract’ waarbij de huurder van een studentenwoning moet aantonen dat hij ingeschreven staat bij een onderwijsinstelling. Studeert hij niet meer kan het huurcontract worden ontbonden.
  • Een ander voorbeeld wat genoemd wordt is het ‘proefsamenwonen’. Wie gaat samenwonen maar nog niet zijn eigen woning durft te verkopen mag zo maximaal 2 jaar tijdelijk verhuren. Als het samenwonen niet slaagt en men wil de woning alsnog verkopen of bewonen mag de huur opgezegd worden. Na deze 2 jaar geldt wel dat uitsluitend een vast huurcontract mag worden afgesloten.

Voor woningen die alleen voor tijdelijke huur of sloop bestemd zijn blijven tijdelijke huurcontracten ook mogelijk.
Denk hierbij aan vakantiewoningen of woningblokken van corporaties die voor sloop bestemd zijn en voor de leegstandwet worden verhuurd.

Bij hospita kamerverhuur geldt een proeftijd van 9 maanden. Binnen die tijd kan de verhuurder zonder reden de huur opzeggen met een opzegtermijn van 3 maanden. Gebeurt dit niet verandert het contract in een vast contract na de proeftijd.

Heb je de verhuurde woning als verhuurder weer zelf nodig kan het huurcontract alleen ontbonden worden voor dringend eigen gebruik en moet hiervoor toestemming worden verleend door de rechter. Die weegt het belang van de huurder en verhuurder tegen elkaar af. Dit eigen gebruik kan ook betekenen dat het voor gebruik door een bloedverwant in eerste graad is zoals een kind of ouder.

Bij tijdelijk verblijf in het buitenland kan ook nog tijdelijk verhuurd worden onder de zogeheten ‘diplomatenclausule’.

Wat verandert er nog meer?

Tenslotte wil de overheid in de nieuwe huurwet ook regelen dat inwonende kinderen van wie de ouder is overleden een tijdelijk huurcontract kunnen krijgen. Dit zodat de kans kleiner is dat kinderen op straat komen te staan bij overlijden van hun ouders. Overigens is het een keuze aan de verhuurder om een tijdelijk contract aan te bieden, geen verplichting.

Naar verwachting zullen bovenstaande en eventueel andere uitzonderingen voor het aanbieden van tijdelijke huurcontracten in januari 2024 definitief worden vastgelegd. De ingangsdatum van de Wet Vaste Huurcontracten zal waarschijnlijk tussen 1 april en 1 juli 2024 liggen.

Kom in contact met Edo

Ruim twintig jaar ervaring in de financiële sector. Gewerkt bij de ING Groep en de Rabobank en sinds 2015 zelfstandig ondernemer.